Ontwerpend Onderzoek IABR 2024 door Dérive
De van oudsher industriële stad Rotterdam kleurt groen. Geworteld in een stedelijke strategie rond water, de rivier Maas en het 19e-eeuwse Singelplan van stedenbouwkundige Rose, richt de stad zich meer op het versterken van haar groene corridors. De laatste twee decennia heeft de gemeente Rotterdam meer dan 20 'groene' masterplannen ontwikkeld, ontworpen in samenwerking met en soms geïnitieerd door gerenommeerde landschapsarchitectenbureaus. In Rotterdam droomt de stad groot en zit midden in een Nationaal Park Rotterdam campagne (gelanceerd in maart 2023). De stad is ook bezig met de implementatie van zeven grote natuurpositieve parken, de stad heeft een programmamanager voor biodiversiteit, de stad van Bureau Stadsnatuur en de thuisbasis van het concept ZOOP (gelanceerd in 2022 door Nieuw Instituut, en organisatiemodel voor samenwerking met de natuur), dus, het kan gezegd worden dat er veel gebeurt in Rotterdam op het snijvlak natuur, biodiversiteit en ecologisch denken.
Het gecombineerde rapport van IPCC en IPBES, gepubliceerd in 2022, wijst erop dat de nadruk op klimaatherstellende projecten, zou moeten verschuiven naar initiatieven die de biodiversiteit bevorderen omdat deze meer positieve effecten hebben op het welzijn van de mens, ‘More-Than-Human' en de planeet als geheel. Stedelijk groen en biodiversiteit zijn essentiële onderdelen van duurzame en veerkrachtige steden en dragen bij aan milieukwaliteit, menselijk welzijn en sociale gelijkheid. De natuur vormt een integraal onderdeel van voor het creëren van gezondere, gelukkigere en leefbare stedelijke omgevingen. De voordelen voor het milieu zijn talrijk: groen helpt bijvoorbeeld om binnenstedelijke hitte, het hitte-eilandeffect, te verminderen of door verdampingskoeling de temperatuur te verminderen. Bomen en planten absorberen ook vervuilende stoffen zoals kooldioxide, stikstofdioxide en fijnstof, waardoor de luchtkwaliteit verbetert. Groene ruimten bieden leefgebieden voor verschillende soorten planten, insecten, vogels en andere wilde dieren en dragen zo bij aan de stedelijke biodiversiteit. Dit is essentieel voor het behoud van ecosystemen en de ondersteuning van ‘bestuivers’ als bijen, die cruciaal zijn voor de productiviteit van de (stedelijke) landbouw, de natuur en de biodiversiteit, zowel in onze bodem als in wat eruit groeit. Vegetatie helpt regenwater te absorberen, waardoor oppervlaktewater minder snel afstroomt en het risico op overstromingen afneemt. Dit kan de druk op stedelijke afwateringssystemen verlichten en de waterkwaliteit verbeteren door verontreinigende stoffen te filteren voordat ze de diepere waterlichamen bereiken. Al met al is een groenere stad een gelukkigere en meer toekomstbestendige stad.
Botanische Monumenten
Voortkomend uit een gerationaliseerde en gecultiveerde kijk op het landschap, geworteld in de late 19e en 20e eeuw, introduceren veel (landschaps)architecten nieuwe verhalen, die gaan over hoe zaken in relatie tot elkaar staan, over natuurpositief ontwerpen of gericht zijn op meer metabolisch en ecologisch denken en doen. Het ontwikkelen van betekenisvollere relaties met en de waarde inzien van stadsnatuur is belangrijk, niet alleen om de biodiversiteit en onze (menselijke) verbondenheid met een plek te vergroten. Dit zal ook leiden tot gezondheidsvoordelen, andere sociaal gedrag en/of een andere esthetiek, die deze veranderende ontwerphouding met zich meebrengt.
Naast de stedenbouwkundige masterplannen zijn er kleine maar veel groene initiatieven in opkomst in Rotterdam. Als onderdeel van de Nature of Hope, lanceert IABR 2024 het programma Botanische Monumenten dat bestaande groene praktijken belicht en een stem geeft aan de mensen die deze initiatieven leiden. Ze zijn de ambassadeurs van botanische plekken en vragen onze aandacht en zorg voor stedelijke natuur, regeneratief tuinieren en gemeenschapspraktijken, al deze inspanningen zijn geworteld in dagelijkse rituelen en co-existentie met de natuur. Het Botanische Monumenten programma biedt groene ervaringen door de hele stad, met lezingen, workshops, en andere minder zichtbare evenementen.
Hoe kunnen we de verschillende schalen en concepten van top-down geplande steden begrijpen in relatie tot levende plekken en regeneratieve omgevingen? Hoe verhouden deze grass roots of kleinere initiatieven voor het samenleven met de natuur in steden zich tot de publieke waardering of de grote plannen en visies die de afgelopen decennia zijn ontwikkeld? Deze vragen liggen ten grondslag aan dit nieuwe onderzoeks- en ontwerpproject van onderzoekspraktijk Dérive - om te onderzoeken hoe de bestaande plannen elkaar versterken, hoe ze zich verhouden tot de kleinere en grass root initiatieven en andere (burger)projecten die we hebben geïdentificeerd als onderdeel van Botanische Monumenten. Zijn er hiaten in de gelaagdheid van deze ontwerpen en/of strategieën? Wat zijn de kansen voor groei van stadsnatuur, bijvoorbeeld op gevels of daken, hoe kunnen we herstel van biodiversiteit versnellen, waardering voor coëxistentie in deze compilatie? Wat betekent dit voor Rotterdam in haar positionering als designstad en wat zijn de belangrijkste aandachtspunten voor de toekomst?
Natuurgedreven onderzoek
Binnen de IABR 2024, Nature of Hope, start ontwerp- en onderzoekspraktijk Dérive een langerlopend project rondom enerzijds het inventariseren van eerdere ontwerp- en gerealiseerde inspanningen rondom de ontwikkeling van Rotterdam als natuurinclusieve stad en anderzijds het vooruitkijken naar hoe deze ontwikkelingen 'effectiever' en tastbaarder gemaakt kunnen worden en waar we wellicht - collectief als stad - blinde vlekken hebben ontwikkeld. Hoewel er in Rotterdam veel momenten zijn om hoopvol gestemd te zijn in de stappen en aandacht voor natuur - is natuurinclusief ontwerpen in Rotterdam nog niet verplicht, in tegenstelling tot Amsterdam of Utrecht. Een van de problemen is dat stedelijke biodiversiteit nog steeds vaak wordt verteld vanuit het perspectief van de stad, terwijl het bestaat in het contact met de perifere rand van de stad, en in grote hoeveelheden stille, donkere ruimtes van de stad. Dit onderzoek zal helpen om de genoemde vragen te verwoorden en verder uit te werken.
Credits
Dérive opereert tussen architectuur, openbare ruimte en ruimtelijke strategieën. Een samenwerking opgericht door Hedwig van der Linden en Kevin Westerveld met de motivatie om lucht te bieden binnen complexe transitieopgaven. Dérive zoekt naar synergie tussen conceptueel denken en co-creatieve praktijk door ruimte te creëren voor dialoog en lokale coalities - bewust uitgaande van de kwaliteiten en middelen van bestaande leefomgevingen.
Projectteam: Kevin Westerveld, Hedwig van der Linden, Margot De Caster en Robin Ringel