De derde werksessie binnen het ontwerpend onderzoek naar Atelier A16 Rotterdam: "Mobiliteit als Vliegwiel voor Verandering" is een feit. In opdracht van de Gemeente Rotterdam en Rijkswaterstaat en in samenwerking met TU Delft, het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat en de Vereniging deltametropool, is dit nieuwe IABR-atelier gericht om de toekomst van de A16 en het omliggend gebied door middel van ontwerpend onderzoek te verbeelden en nieuwe instrumenten tot ontwikkeling te onderzoeken.   

De centrale vraag van het atelier is hoe de interactie tussen de A16 en de stad Rotterdam, met de ontwikkelingen in de Oostflank, kan bijdragen aan brede waardecreatie en een nieuwe kijk op infrastructuur en omgeving als vliegwiel voor verandering.   

Gedurende deze werksessie, gehouden op 10 april kwamen verschillende experts en ontwerpteams H+N+S en West 8 samen rond het in kaart brengen van de diverse stromen en knelpunten in het gebied rondom de A16. De ontwerpteams presenteerden hun eerste reflecties op de opgave, gevolgd door korte lezingen van drie experts op het gebied van stadsecologie en stedelijke ontwikkeling.  Hiermee werd een aanzet gegeven voor de reflectie naar de verschillende stromen in het gebied. In twee 'break-out' tafelsessies werd nader ingegaan op de verplaatsingen en bewegingsroutines van verschillende elementen in de Oostflank, waaronder bewoners, bezoekers en passanten, maar ook dieren, planten, water, kabels en leidingen, evenals de invloed van lucht en geluid. 

IABR ateliermeester, Iris Wijn, benadrukte de complexiteit van het gebied en het belang om niet alleen vragen te stellen, maar ook de opgave achter de vraag te onderzoeken. Ze vestigde de aandacht op het belang van dwarsverbindingen voor lokaal verkeer en de uitdagingen van een veranderende stedelijke omgeving en noodzaak voor mobiliteit transitie op grotere schaal.   

De eerste analyses en inzichten werden gedeeld door ontwerpbureaus H+N+S die vanuit historisch perspectief de relatie tussen infrastructuur en landschap, waarbij de A16 niet alleen als een obstakel werd gezien, maar uitdrukkelijk als een aanjager voor stedelijke ontwikkeling. West 8 presenteerde een manifesto voor een levende infrastructuur, waarbij het belang van het minimaliseren van barrières in het gebied werd benadrukt.   

Joyce van den Berg, senior hoofdontwerper en landschapsarchitect bij de gemeente Amsterdam introduceerde een integrale ontwerpmethode voor de openbare ruimte, waarbij ze de complexiteit van de ondergrond benadrukte en het belang van een op data gedreven aanpak voor ontwerp en beheer onderstreepte. Stadsecoloog Dolf van der Gaag sprak over de ecologie van het gebied, met aandacht voor het belang van verbindingen tussen ecologische hotspots en de uitdagingen van geluid, lucht- en externe veiligheid. Daniel Koster Adviseur milieu bij Gemeente Rotterdam, besprak concrete uitdagingen op het gebied van luchtkwaliteit, geluid en externe veiligheid, met advies over mogelijke oplossingen zoals lucht-/geluidsschermen en het belang van het integreren van maatschappelijke waarde in ontwerprichtingen.   

De discussies concentreerden zich op financiering, samenwerking en de noodzaak van een integrale aanpak voor duurzame ontwikkeling. Al met al benadrukte de werksessie de complexiteit van het gebied rondom de A16 en onderstreepte het belang van een multidisciplinaire benadering om waardecreatie te realiseren die zowel economische als maatschappelijke voordelen oplevert.