De bevolking van Utrecht wordt gerekend tot de gezondste van Nederland. Echter, binnen de stad zijn de contrasten groot. De gemeente doet haar best om de hardnekkige verschillen in gezondheid en levensverwachting aan te pakken, maar het krachtenveld waarbinnen ze moet opereren is volop in transitie. Er vindt een decentralisatie van de zorgopgave plaats van het Rijk naar de gemeenten. De gezondheidseconomie consolideert en komt steeds meer in handen van een aantal grote partijen die lokaal nauwelijks waarde toevoegen. En daarbij verwacht Utrecht dat de stad binnen haar huidige stadsgrenzen tot 2030 zal groeien van 330.000 naar 400.000 inwoners, met als gevolg een ingrijpende verdichting van bestaand stedelijk gebied.
Publicatie
Van Cure naar Care
Transities in de Gezonde Stad Utrecht
- Credits
Om te onderzoeken hoe gezondheid en stadsontwikkeling aan elkaar zijn te koppelen, heeft de Internationale Architectuur Biennale Rotterdam (IABR) samen met de gemeente Utrecht het IABR–Atelier Utrecht: De Gezonde Stad opgezet. Het Atelier heeft onderzocht welke innovatieve ruimtelijke ontwikkelingsstrategieën kunnen bijdragen aan een inclusieve, gezonde stad waarbij de solidariteit tussen de verschillende generaties, culturen en inkomensgroepen voorop staat. Niet alleen zijn de ruimtelijke en programmatische transformaties in de stad in relatie tot gezondheid en welzijn verkend, maar ook de veranderingen in de financiering van de gezondheidszorg. Om de gevolgen van deze verkenningen in beeld te brengen en te bekijken waar kansen liggen voor een gezonder Utrecht, is ingezoomd op een aantal strategische testlocaties in twee wijken: Overvecht, de wijk met de zwakste gezondheidscijfers, en Merwedekanaalzone, een overgangsgebied tussen een goed en een slecht presterend deel van de stad.
Het resultaat is een serie kansrijke scenario’s op weg naar de Gezonde Stad, waarbij verdichting wordt ingezet als motor. Door het aantal plekken voor ontmoeting te vergroten, kunnen sociale netwerken worden versterkt en daarmee ook de zelfstandigheid van bewoners. Nabijheid zet aan tot gezonde mobiliteit. Wonen, werken, winkelen en ontspannen op fiets- en wandelafstand stimuleren bovendien lokale economische en maatschappelijke betrokkenheid. Naast ruimtelijke kansen ligt er voor de gemeentelijke overheid de kans om een nieuwe rol als choreograaf van een ‘coöperatieve’ stadsontwikkeling op zich te nemen, waarbij diverse actoren met zeer uiteenlopende investeringsmogelijkheden en ambities worden betrokken bij gebieds- en wijkontwikkeling.
Het IABR–Atelier Utrecht: De Gezonde Stad levert daarmee inzichten op die ook de rest van Nederland en het buitenland kunnen inspireren.